Meet the Engineer - Ruud Koetsier
Met de komst van Ruud Koetsier zette NIRAS Nederland een nieuwe stap in de dienstverlening. Naast de bedrijfskern van proces- en verpakkingstechnologie werd de afdeling Buildings toegevoegd. Onder deze noemer verzorgt NIRAS niet alleen de binnenkant van een productiefaciliteit voor voedingsmiddelen, maar ook het jasje daaromheen.
Wat houdt jou zoal bezig bij NIRAS en de opdrachtgevers?
Het ontwikkelen van een afdeling binnen de organisatie is een van de dingen waar ik me graag mee bezig houd. Civiel Engineering is niet geheel nieuw voor NIRAS Nederland gelukkig, want de vraag vanuit klanten werd al eens vaker gesteld. Zo begon de samenwerking tussen mijzelf en NIRAS al meer dan tien jaar geleden. Door me te voegen bij het bedrijf hebben we nu samen een compleet ‘pakket’ in huis. Hiervoor is het binnen de organisatie belangrijk dat we nog meer kennis in huis halen en dat de samenwerking met alle disciplines binnen de organisatie goed verloopt. Een fabrikant van levensmiddelen kan vanaf het gebouw tot en met de start van productie, en natuurlijk zelfs nog daarna, bij ons terecht.
We zien dat dit een belangrijk voordeel kan zijn. Veel opdrachtgevers willen voor (engineerings-)projecten het liefst een aanspreekpunt en verantwoordelijke partij hebben. Het is gemakkelijk en ontzorgt ‘in een keer’. Wat VME daarin nu onderscheidend maakt is dat we geen megagrote partij zijn en we toch alles in huis hebben. Dit draagt naar mijn ervaring bij aan de kwaliteit van geleverd werk mede door de korte lijnen. Ik merkte ook voordat ik in dienst was bij NIRAS een hoog kennisniveau op en dat vind ik zelf erg belangrijk. Verder hebben we met de NIRAS group wel de mogelijkheden om als grotere partij te acteren als het bijvoorbeeld gaat om internationale projecten of projecten waarbij een specifieke expertise nodig is.
Ik ben in de eerdergenoemde fases verantwoordelijk te noemen voor ‘het gebouw’. Ik ontwerp, reken uit, adviseer op de aspecten die met het pand, de productiefaciliteit, zelf te maken hebben. In onze branche, de voedingsmiddelenindustrie, is het leuke dat je ook rekening moet houden met bijvoorbeeld hygiëne, houdbaarheid, klimaat en bijvoorbeeld de kwetsbaarheid van grondstoffen.
Hoe ben je in de voedingsmiddelenindustrie terecht gekomen?
Alweer een aantal jaar geleden was ik werkzaam in België, maar ik had mijn zinnen toch weer gezet op het werken in Nederland. Na een paar gesprekken kwam ik bij een werkgever terecht die zich voornamelijk in de voedingsmiddelenindustrie begaf en zo geschiedde. Ik raakte snel geïnteresseerd in de logica die deze branche met zich meebrengt. Eigenlijk was het maar een kleine stap van constructief ontwerpen, naar constructief en hygiënisch ontwerpen, maar je mind-set moet toch net eventjes aangepast worden.
Het gebouw moet in deze markt echt in dienst staan van het productieproces. Functionaliteit, veiligheid en tegenwoordig duurzaamheid zijn factoren die voor een gebouw andere implementaties en ideeën betekenen dan voor de productie. Deze dien je samen te laten komen en in overweging te nemen zodat je de juiste keuzes kan maken.
Civiel Engineering in samenwerking met de NIRAS Group
NIRAS, waar NIRAS Nederland onderdeel van is, heeft al jaren ervaring met het Civil Engineering. Ruud Koetsier ziet veel kansen om kennis te bundelen, zeker als het gaat om ontwikkelingen binnen de branche. Zo zijn duurzaamheid en de omgeving van de productiefaciliteit steeds belangrijker. NIRAS heeft bijvoorbeeld de Sustainable Development Goals hoog in het vaandel en kan steeds beter adviseren op deze aspecten.
Hoe ben je in de voedingsmiddelenindustrie terecht gekomen?
Alweer een aantal jaar geleden was ik werkzaam in België, maar ik had mijn zinnen toch weer gezet op het werken in Nederland. Na een paar gesprekken kwam ik bij een werkgever terecht die zich voornamelijk in de voedingsmiddelenindustrie begaf en zo geschiedde. Ik raakte snel geïnteresseerd in de logica die deze branche met zich meebrengt. Eigenlijk was het maar een kleine stap van constructief ontwerpen, naar constructief en hygiënisch ontwerpen, maar je mind-set moet toch net eventjes aangepast worden.
Het gebouw moet in deze markt echt in dienst staan van het productieproces. Functionaliteit, veiligheid en tegenwoordig duurzaamheid zijn factoren die voor een gebouw andere implementaties en ideeën betekenen dan voor de productie. Deze dien je samen te laten komen en in overweging te nemen zodat je de juiste keuzes kan maken.
Waar ligt voor jou de uitdaging en wat maakt het werk zo leuk?
Wat mij voldoening geeft is toch wel om iets van tekeningen naar gerealiseerd gebouw te zien ontwikkelen. Zeker als er elementen inzitten waar goed over nagedacht is van tevoren.
Wat ik dan ook leuk vind om te doen is een echte samenwerking creëren met opdrachtgevers en collega’s. Het ontzorgen en puzzelen hoe we iets goed op kunnen lossen kan alleen als je goed in contact blijft. Vragen stellen, maar ook duidelijk communiceren waarom je keuzes maakt zijn daarin de sleutel voor mijn gevoel. Het is belangrijk om wensen tegenover realistische mogelijkheden te kunnen zetten en elkaar daarin te begrijpen. Daar ligt dan ook de uitdaging, het moet geen spel worden van het ene woord, tegen het andere, maar je dient juist samen tot een inzicht en de daarbij behorende oplossingen te komen.
Dat is ook een aanpak die ik graag binnen het Civiele team wil neerzetten met de collega’s. Het overdragen van kennis en kunde maakt samenwerking leuk. Zo leer ik zelf ook altijd nog en sta je samen sterker. Door te blijven delen kan iedereen juist zelfstandig aan de slag en herkennen we allen eventuele nieuwe projecten bij producenten. Binnen het bedrijf heeft iedereen een passie voor techniek, veel creativiteit en jeugdig enthousiasme in zich. Dat geeft me alle vertrouwen in de toekomst.
